Het heelal, eenzaam doch niet alleen
Langzaam ontwaken wij uit de luisterrijke dromen die ons voorkwamen als
goddelijke openbaringen.
Wij leven in de tijd van het grote demasqué, dat de één verrukking, de ander
ontgoocheling brengt.
Maar onafwendbaar transformeert zich in de menselijke geest de magische
beschouwing van een verondersteld mechanische wereld in een mechanische
beschouwing van een blijkbaar magische wereld. Onze gedachten zijn niet meer dan
een matte afspiegeling van een ongedacht toverachtige werkelijkheid.
Even wennen
Wij mensen leven wat tijd en ruimte betreft in de mesocosmos, Wij rekenen met
uren, dagen, jaren en met centimeters, meters en kilometers. De microcosmos, de
wereld van elektronen, atomen en moleculen, is onzichtbaar klein en behoeft voor
een beschrijving kleine maten voor ruimte en tijd. De macrocosmos, de wereld van
planeten, sterren en galaxieën, is maar gedeeltelijk zichtbaar en vraagt om
grote maten. Om daaraan tegemoet te komen maken wij gebruik van twee
hulpmiddelen: 1. speciale eenheden, bij voorbeeld de Angstrom-eenheid, het
tienmiljoenste deel van een millimeter, voor de microcosmos; en het lichtjaar,
dat is 9.461.000 miljoen, dus bijna 10 biljoen kilometer, voor de macrocosmos.
2. een korte schrijfwijze voor grote getallen, namelijk machten van tien:
10° = 1; 10-1 = 10; 10-2 = 100; 10-3 = 1000; 10-6 = miljoen; 10-9 = miljard;
10-12 = biljoen; enzovoort.
Een Angstrom-eenheid is dus 10 tot min7mm; een lichtjaar is bijna 10-13km.
De doorsnede van een van de kleinste
deeltjes, het elektron, is 10-min 12mm. De doorsnede van een galaxie is circa
10-18 km of 10-5 lichtjaren. Is een miljard voorstelbaar? In dertig jaar klopt
het menselijke hart een miljard malen!
Overigens zijn onze ruimte- en tijdmaten niet meer dan verhoudingsgetallen.
Wij weten dat ons heelal circa 10-36
maal ze groot is als een waterstofatoom, maar wij weten niet hoe groot
het heelal is. Voor ons is het kolossaal groot, maar voor iets anders (dat wij
niet kennen) is het misschien klein. De fysicus Poincaré heeft eens opgemerkt
dat wanneer plotseling alles met to vermenigvuldigd zou worden, wij dat niet
zouden bemerken. Er zijn maar weinig absolute waarden: aantal, absolute
temperatuur en misschien de lichtsnelheid.
Beeld van ons heelal
Van klein naar groot kennen wij de volgende structuren:
t. de elementaire deeltjes, momenteel enkele tientallen soorten,
zoals elektronen, protonen, neutronen, enzovoort;
2. de atoomkernen, een honderdtal soorten, gevormd door de
kernkrachten;
3 de atomen, eveneens een honderdtal soorten, wanneer wij afzien van de isotopen
en isobaren. Zij worden gevormd door de elektrische krachten;
4, de moleculen, een 900.000 verschillende combinaties van ato-
men, eveneens gevormd door de elektrische krachten;
5. de hemellichamen: wachters, manen, planeten, kometen en
sterren. Zij worden gevormd door de zwaartekracht. Er zijn
circa 1022 sterren;
6. de zonnestelsels, bestaande uit een ster met daaromheen wen-
telende planeten, eventueel met hun manen en wachters.
Ook zij worden gevormd door de zwaartekracht;
7. de galaxieën of melkwegstelsels, gevormd door de zwaarte-
kracht. Er zijn circa 10-11 galaxieën;
8. ten slotte dan het heelal, vrij dicht bevolkt door galaxieën, Beeld van hun
dichtheid: gevulde koeken op enkele meters afstand van elkaar. De dichtheid van
de sterren in een galaxie